woensdag 26 augustus 2015

Splitsingle La Luz/Scully

Voor de 'LAMC split 7” series' staat Famous Class in voor de release van een voorheen onuitgegeven nummer van een labelfavoriet die op haar beurt enkele beloftevolle collega's een duwtje in de rug kan geven door hen de b-kant aan te bieden. Met 'Believe my eyes' lijkt het speerpunt van de 16de editie in de reeks een song die La Luz' zopas verschenen 'Weirdo shrine' net niet haalde.

De gepresenteerde laidbacke indiesurf klinkt namelijk helemaal alsof ze van hetzelfde productionele lot afkomstig is als de recente langspeler en vormt hierop een logische aanvulling. Terwijl 'Believe my eyes' kwalitatief sowieso zijn plaats had kunnen claimen op het album, zou het tussen kleppers als 'With Davey' en 'I'll be true' uiteindelijk moeite hebben aan een eerder anonieme rol te ontsnappen in het hele verhaal. Met zijn galmende surfgitaren, dromerige vocalen, licht psychedelische keyboardsolo en vocale harmonieën, krijgt het nu echter wel (terecht) de gelegenheid uit te groeien tot een mooi collector's item voor de fans.

Dan liggen de kaarten voor Scully toch enigszins anders. Met nog maar één single op de teller en een debuutalbum in de steigers krijgen de New Yorkers immers een uitstekend promotool aangereikt, een kans die het viertal ook met beide handen grijpt. Het aanstekelijke 'Don't want that' drijft op een monotone kadans en roept zowel qua song als gitaarwerk sterke herinneringen op aan Beat Happening. De finale afwerking met warm zweverige vocalen zorgt evenwel voor ruim voldoende eigenheid.

Beide nummers kan je trouwens hier streamen.


woensdag 19 augustus 2015

John Frusciante tekent present op nieuw album Le Butcherettes

Binnen een kleine maand ligt de derde langspeler van Le Butcherettes in de rekken. Dat Omar Rodriguez-Lopez nogmaals in stond voor de productie baart niet eens het meeste opzien. Op 'A raw youth' levert namelijk zowel John Frusciante als Iggy Pop een gastbijdrage.

Wie het daar nog niet warm van krijgt, serveert het trio alvast het vooruitgeschoven 'Shave the pride', een stevige punkrocker waarop Teri Gender Benders tegelijkertijd soepele en krachtige vocalen even moeiteloos de hoogte inschieten als die van PJ Harvey ten tijde van 'Stories from the city, stories from the sea'.

Weldra maakt de band trouwens alle data van een Europese tour bekend, waarvan je 19.11 (Magasin 4, Brussel) reeds met zekerheid in je agenda kan noteren.


dinsdag 18 augustus 2015

Shannon and the Clams lossen nieuw nummer 'It's too late'

Met 'Gone by the dawn' brengen de retro poprockers van Shannon and the Clams op 11 september hun vierde langspeler op de markt. Afgaande op de zopas online gegooide voorafgaande single 'It's too late' haalt het flamboyante trio de mosterd nog steeds hoofdzakelijk bij Del Shannon & tijds- en genregenoten. Je kan je dus alvast opmaken voor een flinke portie dansbaar aanstekelijke nostalgie in een licht eigentijds jasje.

In het najaar zakken de Amerikanen trouwens af naar Europa, waar je hen onder meer aan het werk kan zien in Madame Moustache (Brussel, 19.11), Het Bos (Antwerpen, 20.11) en op Le Guess Who? (Utrecht, 21.11).


zondag 16 augustus 2015

MDC – 'Millions of dead cops': schuimbekkend anti-establishment

Al wie in België ook maar van in de verte punk minded is kan over goed twee weken zijn meest non-conformistische hart ophalen in Magasin 4. Met Sport Doen en Electric Vomit als zaalopwarmers wisten ze daar immers het al meer dan 30 jaar tegen de establishmentschenen schoppende MDC te strikken voor een optreden. Naar verwachting tekent daarenboven - op de in 2007 overleden bassist Michael Donaldson na - met vocalist Dave Dictor, gitarist Ron Posner en drummer Al Schvitz de originele bezetting van de legendarische hardcore punkband present in Brussel, (waarschijnlijk) aangevuld met een extra gitarist. 


Terwijl MDC's laatste lp alweer uit 2004 stamt, staat hun in 1982 voor het eerst uitgebrachte en ondertussen tot één van de meest essentiële punkplaten uitgegroeide debuutalbum nog steeds als een huis. Helaas blijkt 'Millions of dead cops' ook thematisch nauwelijks aan relevantie te hebben ingeboet. Zo nemen Dictors onverbloemde lyrics een Amerikaanse samenleving flink op de korrel die sindsdien niet echt gunstig geëvolueerd lijkt. De frontman trekt schuimbekkend van leer tegen zowel uitwassen als steunpilaren van de westerse maatschappij. Van het lijstje dat onder meer kapitalisme, georganiseerde religie, racisme, oorlog, homohaat en seksisme bevat, kan heden ten dage eigenlijk weinig afgevinkt worden.

Waar op 'Corporate deathburger' McDonald's al symbolisch het gelag betaalt, vindt de snoeiharde kritiek zijn ware culminatiepunt in 'John Wayne was a nazi' waarbij de westernacteur iconisch alle verdorven waarden van een beklemmende structuur belichaamt. Zoals op de hele plaat consequent wordt volgehouden, is de aanklacht direct, grof, rauw, brutaal en compromisloos. Dave Dictor haalt alles uit de kast om de boodschap zo scherp mogelijk te stellen. De door verbeten voortjakkerende drums en gruizelige gitaren gedragen razendsnelle punkrock blijkt een effectief en ideaal dragend vehikel. Slechts af en toe schakelt MDC gedurende een tel wat terug, net genoeg om even naar adem te happen en er des te heftiger opnieuw in te vliegen.

'Millions of dead cops' jaagt er dan ook maar liefst 14 nummers gedecideerd door op nauwelijks 20 minuten tijd. Meer had het kwaadgebekte viertal indertijd niet nodig om zich definitief aan de militante zijde op de kaart te plaatsen en uit te groeien tot invloedrijke inspiratiebron voor talrijke andere protestbands.


In Nederland kan je MDC binnenkort aan het werk zien in Little Devil (21.08, Tilburg), De Groote Weiver (22.08, Wormerveer) en op het Sea Sheppard Benefit (04.09, Hengelo).

zaterdag 15 augustus 2015

Chastity Belt komt naar Europa

Nadat ze hun uitstekende debuutlangspeler 'Time to go home' dit voorjaar al kwamen voorstellen in het VK, maakt Chastity Belt deze herfst ook (voor het eerst) de oversteek naar het Europese vasteland. Voor een groot deel van de tour wordt het viertal rond Julia Shapiro trouwens op sleeptouw genomen door Death Cab For Cutie.

Terwijl de Belgen zich voorlopig tevreden moeten stellen met een openingsslot in de AB (12.11, Brussel) kunnen ze zich in Nederland alvast opmaken voor twee festivalsets (31.10, London Calling, Amsterdam & 15.11, Vredenburg, Utrecht) en evenveel optredens als hoofdact (29.10, Vera, Groningen & 30.10, Merleyn, Nijmegen). De momenteel nog vrije data 13 en 14.11 zien we evenwel binnenkort ook ingevuld raken.


donderdag 13 augustus 2015

together PANGEA kondigt ep aan

Een goed jaar na de uitstekende langspeler 'Badillac', hebben de Californische garagepunkrockers van together PANGEA alweer een nieuw album ingeblikt. De 6 nummers tellende ep kreeg als titel
'The phage' mee, en zal normaliter half oktober in de rekken liggen. Voor de productie stond Tommy Stinson (The Replacements) in.

Afgaande op het vooruitgeschoven 'If you're scared' gaan William Keegan & co onverdroten verder op hun naar de jaren 90 verwijzende, catchy energieke elan. We horen een instant toegankelijke grungeriff, een melancholisch lichtvoetig solo-moment, een uitgesproken strofe/refrein dynamiek en uiterst aanstekelijke zanglijnen. Veel nieuws is er met andere woorden niet onder de zon, al kan je er donder op zeggen dat dit nummer live zal inslaan als een bom.


Neil Young + Promise of the Real – 'The Monsanto years': radicaal protestalbum

Dat Neil Young, ondertussen met rasse schreden de 70 naderend, strijdvaardiger is dan ooit, mocht al blijken uit zijn bevlogen set op de Lokerse Feesten van vorig jaar en uit de talloze militante berichten die hij de laatste maanden naarstig in het rond twitterde. Met 'The Monsanto years' spuwt hij nu een radicaal protestalbum uit waarin één boodschap centraal staat: een niet mis te begrijpen oproep tot verzet tegen de most evil corporation in the world, chemie- en landbouwgigant Monsanto. Muzikaal is er weinig nieuws onder de zon, al komen de liefhebbers van 's mans langere gitaarnummers meer dan behoorlijk aan hun trekken dank zij het geslaagde samenspel met Lukas en Micah Nelson, zonen van Willie, en hun band Promise of the Real.


Het is een werkwijze die de wispelturige Canadees de laatste jaren zeer genegen is: een idee schiet hem te binnen en er kan niet snel genoeg werk van gemaakt worden om dit met vriend en vijand te delen. Nummers worden in een recordtempo neergepend, vlug wat gerepeteerd met wie toevallig in de buurt is, en in een handvol dagen ingeblikt zonder noemenswaardige productie. Neil Young is, althans op plaat, meer lofi dan zijn eigen schaduw, en bewijst dit met een lange lijst van wisselvallige, op een los concept gebaseerde momentopnames die hij in het laatste decennium op de wereld losliet. 'The Monsanto years' valt zeker niet uit de toon tussen voorgangers als 'Living with war', 'Fork in the road', 'Le noise' of 'Americana', maar bevat gelukkig een aantal ingrediënten die het op de valreep redden van een plaats in de grijze middenmoot.

Inhoudelijk snijdt Angry Neil, moest dit nog niet duidelijk zijn, een prangende en acute problematiek aan, en hij doet dit met een goed doordachte thematische opbouw waardoor het album zich laat luisteren als een beklijvende vertelling. Hoewel de mensen hem liever wat onnozele liefdesliedjes horen zingen, zo sneert hij in 'People want to hear about love', zal hij niet rusten voor hij eenieder heeft geconfronteerd met de choquerende realiteit. Waar de eerste 4 nummers kunnen opgevat worden als een ode aan Moeder Natuur en een waarschuwing dat we bezig zijn haar volledig naar de knoppen te helpen, doet vanaf 'A rock star bucks a coffee shop' de ware antagonist van het relaas zijn intrede: het duivelse Monsanto, in het zog gevolgd door sidekicks Starbucks, Safeway, en een leger corrupte politici en rechters. Als een 'gesproken dagblad', en dus in onvervalste folktraditie, documenteert Young de verdorven praktijken die deze titanen van de hebzucht erop nahouden; van het genetisch modificeren van gewassen, over het stemmen van wetten die landbouwers verplichten deze GMO's te gebruiken, tot het bestraffen van kleine groentekwekers die zich niet aan deze wetten houden. Young brengt dit alles in een nijdig nasaal parlando dat er weinig twijfel over laat bestaan, tijd om in actie te treden, en wel nu meteen.

Naar goede gewoonte legt de rocker zichzelf graag beperkingen op: maximaal drie akkoorden per nummer, kinderlijk eenvoudige refreinen, monotone samenzang en directe, van elke vorm van symboliek gespeende teksten. Gelukkig valt er voor de muziekliefhebber nog wat leuks te rapen in de momenten van wederzijdse inspiratie met begeleidingsband Promise of the Real. Slaagt de ritmesectie erin om een meer dan verdienstelijke Crazy Horse-imitatie neer te poten, gaat de meeste lof toch naar de broers Nelson, die goed hun weg vinden in de ronkende gitaarmuur van hun opperhoofd. De veelvuldige instrumentale outro's roepen herinneringen op aan de stormachtige jams/duels tussen Young en Stephen Stills ten tijde van Buffalo Springfield. Gitaarlijnen worden subtiel door elkaar geweven en op het titelnummer wagen ze zich zelfs aan een twin guitar, godzijdank met de nodige slordigheid aan de man gebracht. Meer dan eens laat de peetvader genereus de lead aan zijn kompanen, en horen we zowaar een vingervlugge, gladjes uitgevoerde hardrocksolo opborrelen tussen het geroezemoes van Old Black door. Het moet van Nils Lofgren of Mike McCready geleden zijn dat dergelijke eer nog een gitarist te beurt was gevallen.

Met 'The Monsanto years' dendert Neil Young, als ware hij een action painter of performance kunstenaar, naar alweer een snel gefabriceerd werkstuk zonder te blijven stilstaan of achteruit te kijken. Protestklassiekers van het kaliber 'Ohio' of 'Rocking in the free world' zal deze aanpak hem niet meer opleveren, en dat vinden we best wel jammer, want nieuwe zieltjes zal hij op deze wijze niet winnen voor zijn boodschap. Niettemin kunnen we gewag maken van een gedreven, bij momenten zelfs boeiende pot 'prediken voor eigen kerk'.

zaterdag 8 augustus 2015

La Luz – 'Weirdo shrine': uitmuntende opvolger

Dat La Luz ook met fuzz-adept Ty Segall achter te knoppen helemaal als zichzelf klinkt, geeft aan hoe sterk de vier dames als band in hun schoenen staan. De producer legt op 'Weirdo shrine' namelijk behoorlijk wat eigen accenten, en kiest doelbewust voor een organische totaalsound waarbinnen de instrumenten zich als één geheel bewegen en ritme en kadans een belangrijke rol spelen.


Terwijl er wel geregeld erg veel snee en focus op de tussen authentieke surf en doorleefde country & western schipperende gitaren komt te liggen (vooral in de solomomenten), heeft dit onder andere tot gevolg dat Alice Sandahl in vergelijking met 'It's alive' minder de kans krijgt individueel op de voorgrond te treden met haar fabelachtige keyboardspel. Niettemin kan de meer ondersteunende rol niet onderschat worden, net als die van Shana Clevelands sowieso al dromerige vocalen die aan de bescheiden kant in de mix liggen.

Hoewel dit een tikkeltje ten koste gaat van instant verstaanbare lyrics, pik je toch voldoende flarden van haar geïnspireerde poëzie op om helemaal mee in het verhaal te gaan. Thematisch grijpt de frontvrouw Charles Burns' comic 'Black hole' aan om op een eerder cryptische manier persoonlijk te worden zowel aangaande intermenselijke relaties als de maatschappij op zich. “My mind is hazy, but these freaks are crazy,” geeft de semi-titelsong een wat donker wereldbeeld mee.

Als vanouds staan er weer enkele duizelingwekkende instrumentals op de langspeler en kom je een evenwichtige mix tussen etherische slepers en to-the-pointe up-tempo nummers tegen. Verder strooien de Seattleites naar goede gewoonte kwistig de meest ingenieuze vocale harmonieën in het rond, en klinkt de band even overtuigend modern als retro. Dit laatste krijgt uitgesproken vorm op het flink door doowop beïnvloede 'I can't speak' waar de klankkleur van de backings rechtstreeks naar de fifties verwijst.

Uiteindelijk heeft Segall zich als producer vooral geconcentreerd op één van de sterkste punten van La Luz als band, namelijk hun technisch enorm hoge niveau als individuen gekoppeld aan het soepele, frivole en dynamische samenspel waar de groepsgeest vanaf spat. Clevelands tot de verbeelding sprekende songschrijverij en haar uitmuntende gevoel voor timing doen daarnaast de rest wel. Alles te samen maakt dit 'Weirdo shrine' een waardige opvolger van het overigens eveneens schitterende 'It's alive'.

Met het nieuwe album onder de arm vertrok La Luz zopas op een immens lange tour die hen dit najaar onder meer naar het Incubate Festival (18.09, Tilburg), Leffingeleuren (19.09, Leffinge), Madame Moustache (23.10, Brussel) en Paradiso (24.10, Amsterdam) brengt.

dinsdag 4 augustus 2015

The Banquet Years – 'Vortex': authentieke lo-fi rock

Het vanuit Londen opererende The Banquet Years presenteert op langspeeldebuut 'Vortex een organische mélange van authentieke lo-fi rock en intens singer-songwritermateriaal. Zanger/gitarist/songschrijver Arthur Schipper en bassist/multi-instrumentalist Mark Watt trekken de ene keer volop de kaart van in (spreekwoordelijke) alcohol gedrenkte weemoed om wat later even moeiteloos uit te pakken met aan The Velvet Underground verwante, mysterieus aanzwellende, kille broeierigheid.


Waar het meer ingetogen werk vooral op de tweede helft van het album zijn plaats vindt, vat het geheel behoorlijk heftig en up tempo aan. Voortgestuwd door melodieus groovende baslijnen en een meeslepend stompend drumritme nemen Schippers doorleefde vocalen een centrale plaats in de karaktervolle mix in. De frontmans krachtige, nogal directe poëzie gaat des te meer tot de verbeelding spreken door zijn aparte stemtimbre dat het wild onconventionele van Tom Waits afwerkt met een vleugje van de diepgang van Warren Zevon en de warmte van pakweg Buffalo Tom.

In de totaalsound wordt daarenboven voldoende ruimte gelaten voor de venijnig scherpe gitaren die even makkelijk scheuren als bitterzoet wegdromen, en de tussen koud dreigend en psychedelisch twijfelende toetsen. Toch ligt het orgelpunt van de productie misschien nog wel in de als een sombere misthoorn door dichte nevel opdoemende blazer op het smachtende 'Only girl'.

Mede dankzij de op hun manier haast instant toegankelijke zanglijnen komt het geheel uiteindelijk bijzonder aanstekelijk voor de dag, zonder echter aan de oprechtheid van het opzet te raken. 'Vortex' klinkt namelijk allerminst proper of afgelikt, en komt in al zijn (muzikaal) je m'en foutisme en ongedwongenheid over als een intelligente en erg interessante alternatieve rockplaat.

zondag 2 augustus 2015

'Soaked in bleach'

In de schaduw van het fel gemediatiseerde 'Montage of heck' verscheen onlangs nog een Kurt Cobain-documentaire die een heel andere klok luidt. Terwijl je Brett Morgens werkstuk, waarvan Melvins-frontman Buzz Osborne overigens openlijk het waarheidsgehalte in twijfel trok, kon aanschouwen in zowat alle grote bioscoopcomplexen, zal je je voor het door Benjamin Statler geregisseerde 'Soaked in bleach' tot het internet moeten richten.


De film steunt volledig op de research van privédetective Tom Grant die reeds meer dan twintig jaar heftig pleit om de zaak, die naar zijn mening al te snel als zelfmoord werd geclassificeerd, te heropenen. Dat Courtney Love op 3 april 1994 (vijf dagen voor het levenloze lichaam van Cobain werd aangetroffen) de voormalige politieman inhuurde om haar vermiste echtgenoot op te sporen, blijft haar tot op de dag van vandaag achtervolgen. Grant wantrouwde de hele situatie vanaf hun eerste ontmoeting, en besloot prompt alle conversaties met betrokkenen op tape op te nemen.

Het frequente opduiken van deze opnames versterkt uiteraard het geloofwaardigheidsgevoel van de docu aanzienlijk, al kan je je tegelijkertijd afvragen in hoeverre dit materiaal zomaar kan gebruikt worden. Daarenboven zijn er momenten waarop het wel eens zou kunnen dat een aantal uitspraken uit hun context gerukt zijn. Naast een uitvoerig terugblikkende Grant, komt ook de Canadese onderzoeksjournalist Max Wallace, die eerder al enkele boeken aan de materie wijdde en vanzelfsprekend op één lijn zit met de detective, uitgebreid aan het woord. Om de objectiviteit naar een gevoelig hoger niveau te tillen, laten de producenten daarbuiten een heel aantal politieofficieren en forensische experts opdraven, niet in het minst om aan te tonen dat het officieel gevoerde onderzoek indertijd hoegenaamd niet volgens de regels verliep.

Hoewel ook behoorlijk wat scenes worden nagespeeld (met Daniel Roebuck in de rol van Grant), en de overdramatiserende soundtrack bij momenten flink over the top gaat, presenteert de prent zich hoofdzakelijk als droge non-fictie, Hollywoodstyle weliswaar. Terwijl 'Montage of heck' duidelijk nog een soort stilistische poëzie nastreefde, is 'Soaked in bleach' zo goed als volledig gefocust op het blootleggen van feiten. Het moet trouwens gezegd dat de makers over behoorlijk wat argumenten beschikken om hun theorie te staven.

Zo wordt het autopsierapport tot op de dag van vandaag om onduidelijke redenen achtergehouden, blijkt de plaats waar de kogelhuls zich bevond niet te kloppen en is de in Cobains bloed aangetroffen hoeveelheid heroïne verdacht hoog. Verder weet Grant gerede twijfel op te wekken aangaande de authenticiteit van de volledige zelfmoordbrief. Meest opzienbarend zijn uiteindelijk de verklaringen van Rosemary Carroll, advocate van het rock-'n-rollkoppel en meter van Frances Bean, die Courtney's versie van de feiten resoluut tegenspreekt en zich daarenboven uitlaat over een destijds op til staande echtscheiding met immense financiële gevolgen voor de weduwe. Het probleem hiermee is dan weer dat ze haar statements (weliswaar opgenomen) enkel tegenover Grant uitte in de privésfeer en ze niet openbaar wil herhalen.

Al bij al geeft 'Soaked in bleach' nog altijd geen onbetwistbaar uitsluitsel en doet het gros van de gebrachte informatie al langer de ronde, waardoor je dus weinig echte primeurs te weten komt. Wel krijg je de belangrijkste details nog eens netjes op een rij gezet, en verwondert het toch enigszins dat Tom Grant Cobains overlijden niet op het gangbare 5 april plaatst, maar eerder één à twee dagen ervoor.