dinsdag 27 februari 2018

Scott Yoder in Le Chaff (Brussel) op 26.02.18


De gratis maandagavondconcerten van eetcafé le Chaff in het hart van de Brusselse Marollenwijk getuigen steevast van een weldoordachte programmatie. Zo krijgt ook de uitmuntende singersongwriter Scott Yoder de gelegenheid zijn nieuwe album 'A Fool Aloof' voor te stellen aan het Belgische publiek.


Vergeleken met twee jaar geleden is in zijn begeleidingsband enkel de strak en spitant groovende drummer Giacomo Papini dezelfde gebleven. Ook in de nieuwe line up oogt het viertal enorm goed op elkaar ingespeeld wat niet alleen betekent dat ze zelfs in een piepkleine ruimte met beperkte middelen een indrukwekkende en sfeervolle totaalsound neerleggen, maar tevens dat ze in staat zijn ten allen tijde de song op de voorgrond te plaatsen, en tegelijkertijd speels en soepel kunnen omgaan met de dynamiek. Dat hun Europese maand stilaan tegen haar einde loopt is hier uiteraard niet vreemd aan. Bovendien zorgt dit ervoor dat drie nog niet verschenen, pas tijdens de huidige tour uitgewerkte en op punt gestelde songs de setlist halen.

Nadat Yoders op Europese jaren 30-films geïnspireerde stage persona met onder meer gezichtsglitter en een inktzwarte cape via een trap richting podium afdaalde, ligt de focus bij aanvang van het optreden volledig op 'A Fool Aloof'. Een heupwiegende versie van het uit de 'The Trespasser'-ep heropgeviste 'Where Are They Now?', een surferige uitvoering van 'Ways of Love' en het van een exotisch dansbaar tintje voorziene, frivole 'Back to the Story' vormen het openingstrio.

Vervolgens worden ouder en ultranieuw, gekoppeld aan meeslepend kabbelend en snedig in een dynamisch geheel verwerkt waar geregeld een krachtige gitaarsolo uitgescheurd komt en dat als een uiterst aanstekelijke symbiose van folk en jaren 70-rock kan gezien worden. Dit leidt onder meer tot een ingetogen, het publiek bij de act betrekkende versie van 'Songs to Strangers' waarna een cover van Iggy Pops 'I'm Bored' het energielevel laat boomen. Via nummers als het stompende 'Goodbye Lady Day' en het licht psychedelische 'Children's Games' werken Yoder & co zo toe naar de up-tempo afsluiter 'Where Does She Go?'

Tijdens een druk gesolliciteerde, kernachtige bisronde die met orgelpunt 'Children of the Revolution' van T. Rex Yoders glamrockinvloeden nog eens finaal in de verf zet, giet de frontman in een dramatisch moment een aanzienlijke dosis kaarsvet in zijn mond, waarna de show er definitief op zit. De uit Seattle afkomstige artiest bewees eens te meer dat het goed wonen is waar een uitstekende songschrijver en een begeesterende frontman onder één dak huizen.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/


zondag 25 februari 2018

Heimat + Attic Ted + Seb and the Rhâââ Dicks in Water Moulin (Doornik) op 24.02.18


In een tot alternatieve concertlocatie omgedoopt rijhuis aan de treinsporen van Doornik kan je in een aangename laissez-faire atmosfeer met de regelmaat van de klok terecht om enkele uiterst interessante optredens te gaan beleven. Maakte Heimat met hun popgevoelige coldwave vorig jaar nog indruk op de planken van de Botanique (als voorprogramma van Protomartyr), zakken ze voor hun volgende Belgische passage af naar Water Moulin, waar eerst nog enkele muzikale excentriekelingen de tijd en ruimte krijgen de zaal op te warmen.


Ondanks de naam schuilt achter Seb and the Rhâââ Dicks een eenling. Deze Fransman houdt het midden tussen een cynische singersongwriter en een sarcastische stand-up comedian. Seb wisselt bedrieglijk knullige lofi-ballades af met op voorhand opgenomen en via cassetterecorder afgespeelde up-tempo punkrocknummers waarboven hij, in het publiek duikend, een pastiche neerzet op het clichébeeld van de agressieve punkfrontman.

Ook Attic Ted kan je geen gebrek aan theatraliteit verwijten. Voorzien van twee enorme maskers (een mannelijk en een vrouwelijk) en heel wat instrumenten verzorgt de Texaan het entertainment door op bizarre wijze dance, folklore, punk en cabaret naadloos tot een geheel te smeden. Vaak valt hij terug op twangy westerngitaren boven een even plompe als aanstekelijke carrnavalsbeat waarop het in de zaal makkelijk hotsen en botsen is, wat dan ook uitbundig gebeurt.

Heimat opent vervolgens loeihard met het weemoedige 'So traurig' en het minimalistische 'Dein Architekt'. Knoppendraaier Olivier Demeaux creëert zijn indrukwekkende sound met donkere beats en diep brommende bassen live onder meer aan de hand van een hele batterij voorversterkers. Als hij voor een nieuw nummer de schuiven wat verder wil opentrekken, is het duo echter vertrokken voor minstens een dik half uur technische problemen. Frontvrouw Armelle Oberle vertelt dan maar een grap, maar die blijkt niet lang genoeg om het euvel te verhelpen.

Uiteindelijk zet Heimat op hoop van zegen 'Tot und Hoch' in, al valt de klank heel het nummer door met de regelmaat van de klok (deels) weg. Hieropvolgend wordt een lang uitgesponnen 'Trocadéro' gebruikt om de sound op punt te stellen, waardoor het beoogde effect in de opbouw als eerste hoogtepunt uiteraard verloren gaat. Hierna lijken de problemen evenwel definitief van de baan.

Met ondermeer 'Pompei', een op een snedig marsritme geënt, energiek nieuw nummer en logische afsluiter 'Wek' duurt de ingezette finale net lang genoeg om uiteindelijk toch helemaal in de sfeer te geraken. Oberle die van meet af aan besloten had er een expressieve performance van te maken klinkt scherp en snedig, terwijl Demeaux een bezwerende geluidsmuur optrekt. Water Moulin trekt bovendien een heel positief en dankbaar publiek aan dat zich zonder enig verwijt richting onvoorziene omstandigheden volledig laat gaan, waardoor het optreden alsnog succesvol uitdraait. Als wederdienst gooit het tweetal uit Straatsburg er nog een welverdiende bisronde tegenaan waarbij 'Wieder Ja' en de militaristische nieuwe song uitgebreid hernomen worden.

Hoe laat het ondertussen ook geworden is, in Doornik lijken ze vervolgens niet van plan het ingezette feest snel af te breken.




maandag 12 februari 2018

Shannon & the Clams – 'Onion': hartverscheurend

Onder invloed van een bijzonder dramatische gebeurtenis is Shannon & the Clams' vijfde thematisch erg zwaarbeladen uitgedraaid. Eind 2016 ging een tot gemeenschapshuis voor kunstenaars allerhande omgebouwd en tot Ghost Ship omgedoopt pakhuis in Oakland – een soort vrijhaven waar de bandleden kind aan huis waren – in vlammen op waarbij zesendertig bewoners en bezoekers het leven lieten. Dit kerfde uiteraard diepe wonden in de ziel van Shannon Shaw & co en heeft aldus een niet geringe invloed uitgeoefend op 'Onion'.


Op deze langspeler grossiert de band natuurgetrouw in de hun kenmerkende, hedendaagse indiebenadering van oldies pop, waar ze onder meer de groove, de rond reverb en echo gecentreerde sound en de overvloedige arrangementen met vaak in effect verdrinkende backingharmonieën van recycleren. Het helpt natuurlijk dat frontduo Shaw en Cody Blanchard beiden vocaal moeiteloos kunnen terugvallen op zowel de emotionele rasp als op de melancholische snik zoals je die bij pakweg Del Shannon, The Marvelettes of The Everly Brothers ook kan tegen komen.

Onion opent spitant met in het openingstrio al meteen de twee vooruitgeschoven singles 'The Boy' en 'Backstreets' waarop Blanchard accuraat een beeld van binnenuit schetst van het type Ghost Ship-bezoeker. Vaagweg Harry Belafonte in herinnering brengend, krijgen 'If You Could Know' en 'I Never Wanted Love' vervolgens een licht Caraïbische toets mee door respectievelijk de swingende zanglijn en het door de bas aangegeven zwierige ritme, een feel die even later ook op de titelsong nog eens komt aanwaaien.

Dan is het met 'Did You Love Me?' tijd voor de tegelplakker van dienst, waarna op het eerdere, vinnigere elan wordt vedergegaan, bij momenten (bv. 'I Leave Again') zelfs door er een authentiek westernmotief tegenaan te gooien. Zo gaat het Californische kwartet in rechte lijn richting hartverscheurend slotakkoord waar eerst Blanchard ('Strange Wind') en dan Shaw ('Don't Close Your Eyes') elk op zijn/haar eigen manier nog een laatste keer terug komt op de dramatische feiten die hen duidelijk ten zeerste hebben aangegrepen.

Op die manier leveren Shannon & the Clams met 'Onion' hun meest indringende en waarschijnlijk tevens beste werkstuk totnogtoe af. Tijdens het beluisteren is het schier onmogelijk er onberoerd door te blijven.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/