In een tot alternatieve concertlocatie
omgedoopt rijhuis aan de treinsporen van Doornik kan je in een
aangename laissez-faire atmosfeer met de regelmaat van de klok
terecht om enkele uiterst interessante optredens te gaan beleven.
Maakte Heimat met hun popgevoelige coldwave vorig jaar nog indruk op
de planken van de Botanique (als voorprogramma van Protomartyr),
zakken ze voor hun volgende Belgische passage af naar Water Moulin,
waar eerst nog enkele muzikale excentriekelingen de tijd en ruimte
krijgen de zaal op te warmen.
Ondanks de naam schuilt achter Seb and
the Rhâââ Dicks een eenling. Deze Fransman houdt het midden tussen
een cynische singersongwriter en een sarcastische stand-up comedian.
Seb wisselt bedrieglijk knullige lofi-ballades af met op voorhand
opgenomen en via cassetterecorder afgespeelde up-tempo
punkrocknummers waarboven hij, in het publiek duikend, een pastiche
neerzet op het clichébeeld van de agressieve punkfrontman.
Ook Attic Ted kan je geen gebrek aan
theatraliteit verwijten. Voorzien van twee enorme maskers (een
mannelijk en een vrouwelijk) en heel wat instrumenten verzorgt de
Texaan het entertainment door op bizarre wijze dance, folklore, punk
en cabaret naadloos tot een geheel te smeden. Vaak valt hij terug op
twangy westerngitaren boven een even plompe als aanstekelijke
carrnavalsbeat waarop het in de zaal makkelijk hotsen en botsen is,
wat dan ook uitbundig gebeurt.
Heimat opent vervolgens loeihard met
het weemoedige 'So traurig' en het minimalistische 'Dein Architekt'.
Knoppendraaier Olivier Demeaux creëert zijn indrukwekkende sound met
donkere beats en diep brommende bassen live onder meer aan de hand
van een hele batterij voorversterkers. Als hij voor een nieuw nummer
de schuiven wat verder wil opentrekken, is het duo echter vertrokken
voor minstens een dik half uur technische problemen. Frontvrouw Armelle
Oberle vertelt dan maar een grap, maar die blijkt niet lang genoeg om
het euvel te verhelpen.
Uiteindelijk zet Heimat op hoop van
zegen 'Tot und Hoch' in, al valt de klank heel het nummer door met de
regelmaat van de klok (deels) weg. Hieropvolgend wordt een lang
uitgesponnen 'Trocadéro' gebruikt om de sound op punt te stellen,
waardoor het beoogde effect in de opbouw als eerste hoogtepunt
uiteraard verloren gaat. Hierna lijken de problemen evenwel
definitief van de baan.
Met ondermeer 'Pompei', een op een
snedig marsritme geënt, energiek nieuw nummer en logische afsluiter
'Wek' duurt de ingezette finale net lang genoeg om uiteindelijk toch helemaal in
de sfeer te geraken. Oberle die van meet af aan besloten had er een
expressieve performance van te maken klinkt scherp en snedig, terwijl
Demeaux een bezwerende geluidsmuur optrekt. Water Moulin trekt
bovendien een heel positief en dankbaar publiek aan dat zich zonder
enig verwijt richting onvoorziene omstandigheden volledig laat gaan,
waardoor het optreden alsnog succesvol uitdraait. Als wederdienst gooit het tweetal uit Straatsburg er nog een welverdiende bisronde
tegenaan waarbij 'Wieder Ja' en de militaristische nieuwe song
uitgebreid hernomen worden.
Hoe laat het ondertussen ook geworden
is, in Doornik lijken ze vervolgens niet van plan het ingezette feest
snel af te breken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten