De Rotonde van de Botanique wordt
stilaan te klein voor Protomartyr. Na twee eerdere Brusselse passages
op dezelfde locatie kon eerder deze week voor het eerst het bordje
'Uitverkocht' worden boven gehaald. Met elke nieuwe release lijkt het
viertal uit Detroit er systematisch een heleboel fans bij te winnen
wat na vierde langspeler 'Relatives In Descent' aldus resulteerde in
een helemaal volgepakte zaal.
Zo ver is het nog lang niet als
voorprogramma Heimat de avond op gang trapt. Met 'So Traurig' kiest
het Franse duo voor een minimalistische, sombere en beklemmende
aanloop. Halverwege derde nummer 'Tot und Hoch' verandert de toon –
middels zwaardere, repetitieve dreunen en een door Olivier Demeaux
kundig uit zijn laptop getoverde almaar rijkere, bezwerende inkleding
– resoluut richting opzwepend. Nummers als 'Pompei', 'Wieder Ja' en
'Trocadero' zorgen ervoor dat deze aanpak tot aan afsluiter 'Wek'
makkelijk wordt aangehouden. De snerpende vocalen van Armelle Oberle
snijden door merg en been en dragen bij aan een unheimliche sfeer.
Hoewel Joe Casey een halfuurtje later
nonchalant het podium opwandelt met een large-sized Botanique-beker
bier, is opener 'My Chidren' nauwelijks bezig of hij duikelt al een
flesje bier en een kroontjeswipper uit de binnenzak van zijn vest op.
Dit staat niet in de weg dat Protomartyr een erg geroutineerde indruk
wekt. De band is hecht op elkaar ingespeeld en schippert vaardig als
één organisme tussen grillige postpunk en scheurende punkrock.
Terwijl de pompende drums van Alex
Leonard de troepen veilig langs allerhande tempowisselingen en
stijlbreuken loodsen, houdt bassist Scott Davidson er constant de
vaart in. Greg Ahee schiet dan weer als vanouds moeiteloos van
zweverige, ijle stukken in snedige riffs. Hierboven declameert,
schreeuwt en croont (telkens met eenzelfde verbetenheid) Casey zijn
wereldpessimistische lyrics.
Aangevuld met ouder werk zoals 'Dope
Cloud', 'Ain't So Simple' 'What the Wall Said', bevat de hoofdmoot
van de setopbouw haast vanzelfsprekend recente songs uit de nieuwe
plaat. In zijn geheel vallen er zo weinig verrassingen te rapen, maar
dat maakt het daarom niet minder goed. Na het dreunend afsluitende
'Half Sister' krijgt het publiek er met 'Why Does It Shake?' en
'Scum, Rise!' dan nog twee favorieten tegenaan gegooid als toegift op
een even energieke als professioneel gebrachte show.