donderdag 31 oktober 2019

Suo – 'Dancing Spots and Dungeons': tussen garage en soul


Hoewel Suo het soloproject van Boytoy's Saara Untracht-Oakner is, krijg je op debuut 'Dancing Spots and Dungeons' – door het inhuren van drummer Nick Murray en het basspel van producer Kyle Mullarky – toch een volwaardige band te horen. Het resultaat van deze samenwerking is een heel gevarieerde indieplaat die geregeld nog wel raakt aan de vuige garagerock van Untracht-Oakners primaire band, maar evenzeer weet op te schuiven richting soulvolle poprock als andere uiterste, en zich doorgaans in het spectrum ertussenin bevindt.


Terwijl het verbeten 'Suffer' en het naar de jaren '50 knipogende 'Honey I'm Down' de twee genoemde grenzen afbakenen, klinken opener 'Unsatisfied Blood' en 'Mister Al' midtempo funky, kijken The Rolling Stones mee over de schouder bij 'Whisper Love' en is het prachtig melancholische 'Who's It Gonna Be' een (weliswaar met retrobackings) tijdloze ballad. Wat alles samen bindt zijn de swingende groove en Untracht-Oakners kenmerkende vocalen die steevast met aanstekelijke zanglijnen voor de dag komen. Het geheel komt op die manier gepolijster, weemoediger en minder rusteloos over dan Boytoy.

In Suo vond Saara Untracht-Oakner met andere woorden een ideaal vehikel om haar rustigere, meer poppy hersenspinsels naar buiten te brengen.



zaterdag 26 oktober 2019

Shana Cleveland in Botanique (Brussel) op 25.10.19


Slechts enkele maanden na de geboorte van haar eerste kind trok Shana Cleveland de Atlantische Oceaan over met partner, baby en schoonmoeder voor een kleinschalige tour op Europese bodem die onder meer halt houdt in de ondergrondse Witloof Bar van de Botanique.


Na een kleine valse start waartijdens de keyboards nog dienen afgesteld te worden opent de frontvrouw van La Luz met het intimistisch dromerige 'A Ghost' dat nog niet op plaat verscheen. Clevelands stem klinkt zuiver, helder en melancholisch en wordt meeslepend begeleid door haar bezwerende fingerpicking op klassieke gitaar. Will Sprott, die meer dan eens bewijst een aardig mondje Frans te praten, ondersteunt het geheel met sfeerscheppende keyboards en discreet gebrachte backings.

De prille ouders, die aangeven met het gekende slaaptekort te kampen, belichten vervolgens met onder meer 'Don't Let Me Sleep', 'In Another Realm' en het titelnummer ruimschoots de eerder dit jaar verschenen plaat 'Night of the Worm Moon'. In een gemoedelijke sfeer die plaats laat voor gekeuvel met de toeschouwers en zelfs het uitdelen van drankjes, laat het duo zich niet opjagen en brengt beheerst en langzaam onder de huid kruipend een zowat drie kwartier durende set vol hypnotizerende etherische folk.

Songs als 'Holy Rollers' en 'Itching Around' uit 'Oh Man, Cover the Ground' laten de dynamiek even over halverwege lichtjes crescendo gaan. Shana Cleveland tovert zaal om in een spirituele, haast onaardse omgeving, en stuurt, na een druk gesolliceerd bisnummer, de aanwezigen met de warme herinnering aan een beklijvend optreden terug de realiteit in.



zondag 6 oktober 2019

Mozes and the Firstborn tijdens Mosterdpop (Elsloo) op 05.10.19


De kansen dat je Mozes and the Firstborn met zekerheid nog eens live aan het werk kan zien, zijn ondertussen op minder dan een hand te tellen. Komende eindejaarsperiode speelt het kwartet namelijk twee (voorlopige?) afscheidsshows in thuisstad Eindhoven, waarna het muzikale project voor onbepaalde tijd on hold komt te staan. Tot het zover is, komen ze weliswaar nog de eerder geboekte afspraken na, waaronder die met Mosterdpop, een lokaal festival in het grensgebied aan de Maaskant.


Openen doet Mozes and the Firstborn daar met gouwe ouwe 'Peter Jr.' “Nobody cares at all,” klinkt het refrein oorwormerig dreinend; woorden die in hindsight, en met flink wat zin voor overdrijving profetisch overkomen met betrekking tot de band. Uiteraard is dit een overstatement van jewelste, maar je kan je zo inbeelden dat het bij momenten helemaal overeenstemt met het gevoel dat op mindere dagen de kop op steekt. In een overbevolkte leefwereld met een slinkend potentieel bereik waarin het constant strijden is voor elke morzel grond, is het immers onmogelijk iedereen te geven wat hij/zij verdient. En dat is in dit geval behoorlijk wat.

De Nederlanders hebben immers al jaren een indrukwekkende totaalsound op punt staan, blinken uit in soepel en dynamisch samenspel en beschikken met Melle Dielesen over een frontman die zich steeds vol overgave smijt en die tevens een songschrijver huisvest die altijd iets te zeggen heeft gehad. In de concertzaal van De Dikke Stein rijgen ze bovendien het hitgevoelige materiaal dat binnen het gitaarrockgenre diverse stijlen omhelst zoals melodieuze grunge ('Marianne'), galmende indierock ('Sad Supermarket Song'), onversneden garagerock ('Bloodsucker') en psychedelische pop ('I Got Skills') moeiteloos aan elkaar. Dat ze daarbij kleppers zoals 'Crawl', 'Baldly', 'Nowhere Bound' en 'What Am I Worth' zonder kwaliteitsverlies zomaar kunnen thuislaten, geeft aan wat een geweldig oeuvre het combo doorheen de jaren wel niet bij elkaar schreef.

Voor een intens expressief gebrachte versie van het energieke 'Dadcore' laat Dielesen de gitaar eventjes voor wat ze is. Laat je door deze song trouwens niets wijsmaken. Al zal de band geregeld overvallen worden door een flinke dosis twijfel, valt de tekst weldegelijk cynisch te interpreteren. Mozes and the Firstorn klinkt namelijk allerminst ouwbollig en komt nog steeds fris van de lever en roestvrij voor de dag. De gebrachte performance op Mosterdpop is energiek en expressief, en soms wat over the top; licht ironisch in het geval van gitarist van Doorn en bassist Blommaert, steeds met een kern die vanuit het diepst van zijn wezen komt in het geval van Dielesen, zelfs wanneer hij na het slotakkoord van afsluiter 'Gimme Some' er nog wat woest wanhopige oerkreten uitperst welken de andere groepsleden vervolgens, humoristisch de angel uit de spanning halend, nog even herhalen.

Met een steeds helderder zicht op het einde van een tijdperk bracht Mozes and the Firstborn aldus eerlijk en vol toewijding een meeslepende set die alles te bieden had waar de band doorheen de jaren voor gestaan heeft en nog steeds staat.

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/


donderdag 3 oktober 2019

Chastity Belt – 'Chastity Belt': eenvormige, sfeervolle luisterplaat


Toen Chastity Belt zowat exact vier jaar geleden (relatief) doorbraakalbum 'Time to Go Home' live in Europa kwam promoten, beleefde het viertal uit Seattle niet de beste tijd, vermits frontvrouw Julia Shapiro met een volledig kapot gezongen stem sukkelde en zich desondanks plichtsbewust en tegen beter weten in avond na avond op de planken bleef hijsen. Sindsdien veranderde ze (noodgedwongen?) van zangtechniek, en wisselde ze haar vocale scherpte in voor een soort etherische zoetgevooisdheid. Neem je Shapiro's solodebuut mee in rekening, is het recente 'Chastity Belt' al het derde album waarop dit het geval is.


Hoe langer hoe meer begin je daarenboven te merken dat dit alles ook zijn invloed heeft op de rest van de band en de manier van songschrijven. Chastity Belt gaat op de nieuwe plaat immers niet langer op zoek naar catchy hooks, bezwerend aanzwellende climaxen noch energieke erupties, maar mikt eerder op een veelheid aan ingetogen gehouden melodieën. Het resultaat is een dromerig voortkabbelende lp met loom door elkaar meanderende gitaarpartijen waartussen het sporadisch opduikend streepje strijker zeker niet misstaat, en een ritmesectie die slechts heel subtiel met dynamiekverschillen werkt. Het geheel schippert daardoor zowat tussen statige slowcore en dromerige indierock.

Chastity Belts vierde presenteert zich aldus als een eenvormige, sfeervolle luisterplaat die, vergeleken met het twee jaar oude 'I Used to Spend So Much Time Alone', niet langer uit het epicentrum van een depressie ontsproten lijkt, al golven er hier en daar nog wel wat naweeën langs.

Chastity Belt live aan het werk zien kan binnenkort onder andere in Utrecht (Ekko, 09.10) en Antwerpen (Kavka, 12.10).

https://www.facebook.com/Over-from-underground-1466055173714208/